Drempelvrees is een mooie metafoor die ooit werd gebruikt door een van mijn deelnemers. Hiermee bedoelde ze de drempel die je zelf opstelt als je moet gaan beginnen aan een wat grotere, vaak intensievere taak. Een taak waarvan je weet dat een goede afronding belangrijk is, maar waarbij je natuurlijke reactie is om het steeds uit te stellen.
Kort samengevat: je vertoont dus uitstelgedrag.
Herkenbaar voor velen. Het zorgt ervoor dat we niet bereiken wat we zouden willen bereiken. Maar waar komt dit nu vandaan en waarom hebben sommigen van ons hier geen last van? Hebben deze mensen dan meer zelfdiscipline?
Nee, zo gemakkelijk is het niet.
Het verschil tussen piek presteerders en middelmatige presteerders is niet dat ze geen uitstelgedrag vertonen, het is dat ze weten hoe ze er mee om moeten gaan
Uitstelgedrag is normaal menselijk gedrag. Je brein wil energie besparen, het kiest voor de makkelijke weg. De makkelijkste weg is echter niet altijd de weg waarop je het meeste gaat bereiken. Het is niet de weg waarop je daadwerkelijk een prestatie neerzet.
Als jij wil presteren dan zul je de weg moeten kiezen van de meeste weerstand. De weg waarin je op de korte termijn even pijn moet lijden, zodat je op de lange termijn je doelen kunt halen.
Piek presteerders hebben dus niet per se een hogere zelfdiscipline. Ze hebben leren omgaan met uitstelgedrag. Ze denken in langetermijnvoordelen en handelen daar ook naar.
De pijn van discipline of de pijn van spijt
Er zijn twee soorten ‘pijn’:
1. De korte termijn pijn van discipline: iets toch doen terwijl je geen zin hebt.
2. De lange termijn pijn van achteraf spijt: je hebt iets niet gedaan wat je eigenlijk wel had willen doen.
Je gaat dus sowieso pijn lijden, maar je kunt kiezen welke pijn je het liefste hebt: de pijn van discipline of de pijn van achteraf spijt. Ik heb deze keuze helaas al een paar keer verkeerd gemaakt. Ik durfde iets niet, maakte het mezelf te gemakkelijk of stelde het weer eens uit.
Resultaat: flinke spijt omdat ik een kans had laten lopen.
Het overkomt mij nu dus niet meer. Ik probeer altijd in te zien waarom ik een bepaalde taak of actie belangrijk vind en welke voordelen het mij oplevert als ik deze af heb.
Heb je moeite om de voordelen te zien? Dan kun je je afvragen of je jouw tijd niet beter anders kan besteden of proberen te begrijpen waarom het voor een ander belang-rijk is.
Heb je dit begrip wel dan is het tijd om te kiezen voor lange termijn fijn en korte termijn pijn.
Dit gaat je uiteindelijk meer resultaten en voldoening opleveren.
Helder? Mooi, door naar het stappenplan.
Hoe voorkom je uitstelgedrag in 3 simpele stappen
Ik ga je namelijk niet naar huis sturen zonder je eerst 3 simpele stappen te geven waarmee je in de praktijk al een heel stuk verder komt. Deze stappen helpen je om jouw uitstelgedrag te beheersen.
Ja je zult mentaal voor jezelf moeten bepalen dat iets belangrijk is op de lange termijn. En ja, dat vraagt om een andere manier van denken.
Toch kun je met wat simpele en praktische stappen al een heel eind verder zijn in je proces. Zodra jij op een wat langere termijn de resultaten ziet van een korte termijn pijn keuze ben je ook geneigd om vaker voor deze route te gaan.
Ok, daar komen ze:
1. Wees concreet en helder
Vage omschrijvingen zorgen voor vage uitkomsten. Vage doelstellingen, vage taakomschrijvingen: je kunt er weinig mee en dus zullen je hersenen niet de moeite willen nemen om te begrijpen wat je moet gaan doen.
Als jij weet dat iets moeite gaat kosten dan moet je uitstelgedrag voor zijn. Je hersenen willen namelijk niet te veel nadenken.
Maak je taakomschrijving mega helder en zo concreet mogelijk. Het moet zelf voor een ander te begrijpen zijn wat je gaat doen.
Zo kan je er niet omheen. En dat is precies de bedoeling.
2. Maak het kleiner
Letterlijk de drempel verlagen. Want des te hoger de drempel, des te moeilijker het is om er overheen te komen.
Splits je taak op in kleinere stappen. Het liefst in stappen waar je ongeveer 25-50 minuten mee bezig bent. We hebben ook niet voor niets trappen in plaats van dat we allemaal proberen om 2 meter omhoog te klimmen. (Zou het winkelcentrum wel een stuk spannender maken overigens 😉)
Maak gebruik van deze methodiek en je zult zien dat je sneller progressie boekt.
Vind je het moeilijk om vooraf kleinere stappen te bepalen? Ga dan werken met tijdsblokken van 25 minuten. Want zo moeilijk is het toch niet om max. 25 minuten aan een taak te werken?
Precies. Gas er op.
3. Maak een afspraak met jezelf
Of anders gezegd: maak een planning. Erg cliché, maar toch is het dé belangrijkste factor. Als jij geen planning maakt voor je dag dan weet je zeker dat je wordt afgeleid door onbelangrijke zaken.
Maak vandaag een afspraak met jezelf dat je morgen die éne taak gaat afronden. Zo kan je er brein er niet meer omheen.
Start je dag er dan ook gelijk mee, dan kan het darana alleen maar beter worden.
Voer je deze dan alsnog niet uit, dan zul je gelijk spijt krijgen. Hopelijk. Anders kan ik schrijven wat ik wil, maar dan wordt het helemaal niets met jou.
Welke pijn kies jij?
Dus welke pijn kies jij? Die van achteraf spijt of die van een korte termijn discipline?
Pijn doen gaat het sowieso. Kies dus welke jij het liefste hebt.
Zodra je de juiste keuze hebt gemaakt (hihi), ga je:
1. Je taak helder & concreet opschrijven.
2. Je taak zo klein mogelijk maken
3. Vandaag beslissen dat je deze morgen gaat uitvoeren.
Maak je keuze, volg de stappen en je gaat afkrijgen wat er écht toe doet.
Zodat je daar op de lange termijn de vruchten van kan plukken.